Verwijder ongewenste elementen uit je afbeelding door te klonen, helen, vervagen en vullen met getekende vormen.

This module includes a “heal” tool (based on the heal tool from GIMP), as well as “fill” and “blur” modes. It can also take advantage of wavelet decomposition, allowing the image to be separated into layers of varying detail (from coarse to fine) which can be selectively retouched before being recombined to produce the output image.

klonen en herstellen

Door te klonen kan een deel van de afbeelding (het doel) worden verborgen door het te vervangen door een gebied dat van elders in de afbeelding is gekopieerd (de bron). Je kan bijvoorbeeld een kleine wolk uit een blauwe lucht verwijderen:

image

The simplest way to do this is with the cloning tool

image
. The following example uses a circular shape to clone out the cloud using the circle of blue sky beside it:

image

In veel gevallen komen de randen van de bron-vorm niet precies overeen met de omgeving van het doel, wat leidt tot onnatuurlijk ogende resultaten. In dit voorbeeld was het luchtmonster dat we als bron hadden gekozen iets donkerder dan het doel, waardoor een vage omtrek van de cirkelvorm die bij het kloonproces werd gebruikt, achterbleef:

image

In such cases, the heal tool

image
is more appropriate. With this tool, the color and luma of the sample is blended to fit better with the surroundings. In this example, using heal instead of clone produces a much more pleasing result:

image

bron- en doelvormen

Once you have chosen heal or clone mode, you must choose the shape you wish to use (circle, ellipse, path or brush – see the drawn masks section for details). The source and target patches will both use the same shape.

Wanneer je met jouw muis over de afbeelding beweegt, verschijnt een plusteken (+) om aan te geven waar de bron-vorm standaard wordt geplaatst. Uw normale muiscursor geeft de positie van de doelvorm aan:

image

Het wordt aanbevolen dat je eerst de positie van de bronvorm kiest, gevolgd door de positie van het doel, als volgt:

  • Shift+click to set the position of the source shape in “relative mode”. The position of the “plus” (+) symbol will move to the clicked location and will remain in a fixed position relative to your cursor until you click on the image to begin placing your target shape. If you place subsequent shapes without first changing the target location, the source shape will be placed at the same offset from the target shape as was used for the first stroke.

  • Ctrl+Shift+click to change the position of the source shape in “absolute” mode. As above, the position of the “plus” (+) symbol will move to the clicked location, but will remain in the same absolute position even if you move your mouse. You can then click on the image to begin placing the target shape. If you place subsequent shapes without first changing the target location, exactly the same source position will be used, fixed in the absolute coordinate system of the image.

Nadat je jouw bron- en doelvormen op de afbeelding hebt geplaatst, kunnen deze handmatig met de muis worden aangepast.


Opmerking: Alleen voor cirkel- en ellips-vormen kan je zowel de bron- als doelvormen plaatsen met een enkele klik-en-sleepbeweging: klik op de gewenste doellocatie en sleep, waarbij je jouw muisknop loslaat wanneer je de gewenste bronlocatie bereikt. Deze bewerking heeft geen invloed op de plaatsing van volgende vormen.


opvullen en vervagen

De kloon en herstel hulpmiddelen vereisen beide het gebruik van een ander deel van de afbeelding om het gebied dat wordt verborgen te “vullen”. Soms is er geen geschikt monster in de afbeelding om voor dit doel te gebruiken. In dergelijke gevallen biedt de retoucheer-module nog twee opties:

image
fill tool
Fill the drawn region with a selected color.
image
blur tool
Apply a blur to the drawn region, smoothing out any details.

Deze twee opties zijn het handigst wanneer ze samen met wavelet-decompositie worden gebruikt, waar ze kunnen worden gebruikt om objecten binnen een geselecteerde detaillaag glad te strijken.

wavelet ontbinding

Wavelets allow an image to be decomposed into a number of layers each containing varying levels of detail, so that you can work on each detail layer independently and then recombine them at the end. This is particularly useful in portrait photography, where you can deal with skin blotches and blemishes on a coarse layer of detail, leaving the finer skin texture untouched. The wavelets section provides more information on the decomposition process.

Deze methode kan bijvoorbeeld worden gebruikt met de hersteltool om over een plek te schilderen die in een van de grove detaillagen verschijnt, terwijl de haartjes in de fijne detaillagen intact blijven:

image

It can also be used with the blur tool to even out coarse blotches in the skin, again without impacting the finer details (see the wavelets section for details on this technique).

module instellingen

image

retoucheerhulpmiddelen

De sectie retoucheerhulpmiddelen bestaat uit twee items:

shapes
The number after the shapes label indicates how many shapes have been placed on the image, either directly or within a wavelet layer.

Click on one of the shape icons to draw a new shape on the image (see drawn masks for details).

Ctrl+click on a shape icon to draw multiple shapes continuously (right-click to cancel).

Click the show and edit shapes

image
button to show and edit any existing shapes for the currently-selected wavelet scale.

algoritmen
Kies een retoucheeralgoritme (klonen, herstellen, vullen of vervagen). Ctrl+klik om het algoritme te wijzigen dat wordt gebruikt voor de momenteel geselecteerde vorm. Shift+klik om het standaardalgoritme in te stellen (gebruikt voor nieuwe afbeeldingen of wanneer je moduleparameters reset).

wavelet decompositie

De sectie wavelet decompositie centreert rond een staafdiagram dat laat zien hoe de afbeelding is ontleed in detail (schaal)lagen. De belangrijkste kenmerken van het staafdiagram zijn:

  • The black square on the left represents the entire image before decomposition.
  • The gray squares show the various wavelet detail layers, with fine details to the left, and coarse details to the right.
  • The white square on the far right represents the residual image (the remainder of the image after the detail layers have been extracted).
  • A light gray dot in a square indicates the currently-selected layer. Click on another square to select a different layer.
  • The light gray bar running along the top indicates which levels of detail are visible at the current zoom level. Zoom in to see finer details.
  • The triangle at the bottom shows how many layers the image has been decomposed into. Drag the triangle to the right to create more layers. Drag it to the left to decrease the number of layers. By default no wavelet decomposition is performed.
  • The triangle at the top shows the current value of the “merge from” parameter (see below).
  • The orange lines under the squares indicate which layers have retouch edits applied.

De overige items in deze sectie zijn:

schalen
laat zien in hoeveel detaillagen de afbeelding is ontleed. Nul geeft aan dat er geen wavelet-ontleding is uitgevoerd.
huidige
Toont welke laag momenteel is geselecteerd (ook gemarkeerd met de lichtgrijze stip op de staafgrafiek).
samenvoegen met
Met deze instelling kan een enkele bewerking worden toegepast op meerdere opeenvolgende schalen binnen een groep, beginnend bij de grofste schaal (exclusief de resterende afbeelding) tot aan de geselecteerde schaal. Als bijvoorbeeld “samenvoegen met” is ingesteld op 3 en de maximale schaal 5 is, worden alle bewerkingen die aan schaal 5 worden toegevoegd, toegepast op schalen 3, 4 en 5. Bewerkingen die aan schaal 4 zijn toegevoegd, worden toegepast op schaal 3 en 4, en bewerkingen die aan schaal 3 zijn toegevoegd, worden alleen op schaal 3 toegepast. Als je samenvoegen met instelt op 0, dan is samenvoegen uitgeschakeld en zijn alle bewerkingen alleen van toepassing op de schaal waarin ze zijn gedefinieerd. Als je samenvoegen met instelt op de hoogste beschikbare schaal (in dit voorbeeld 5) wordt samenvoegen ook uitgeschakeld.
1           samenvoegen met
2               v
3   0   1   2   3   4   5    scale
4               <-------o    schaal 5 edits
5               <---o        schaal 4 edits
6               o            schaal 3 edits
7           o                schaal 2 edits
8       o                    schaal 1 edits
image
display wavelet scale
Display the currently-selected wavelet layer on the center image. Selecting this option brings up an additional control – preview single scale.
preview single scale
An additional control that allows the black, white and gray points of the wavelet scale preview to be adjusted to make it easier to see. Click the
image
to set these values automatically. This does not affect the module’s operation – only the wavelet scale preview.
image
cut
Cut all shapes from the currently-selected layer and place them into the clipboard.
image
paste
Move the shapes on the clipboard to the currently-selected layer.
image
temporarily switch off shapes
Toggle all shapes (whether on the current layer or not) on or off, temporarily removing the module’s effect.
image
display masks
Show the target shapes associated with the currently-selected layer with a yellow overlay.

vormen

In dit gedeelte kunt u instellingen wijzigen die betrekking hebben op de momenteel geselecteerde vorm:

vorm geselecteerd
Geeft aan welke vorm momenteel is geselecteerd en welk type vorm het is.
vulmodus
Als het vul-algoritme is gekozen voor de momenteel geselecteerde vorm, kies dan of je de geselecteerde vorm wilt “wissen” of vullen met een gekozen “kleur”.
opvulkleur
Als een vulmodus van “kleur” is gekozen, selecteer je de kleur waarmee u de vorm wilt vullen. Je kan klikken om een aangepaste RGB-waarde te selecteren of in te voeren, of je kan de kleurkiezer gebruiken om een voorbeeld van de afbeelding te nemen.
helderheid
Als het opvul-algoritme is gekozen voor de momenteel geselecteerde vorm, stel je de helderheid van de kleur nauwkeurig in. Deze schuifregelaar werkt ook in de modus “wissen”.
type vervagen
Als het vervagen-algoritme is gekozen voor de momenteel geselecteerde vorm, kies dan of j een “gaussiaanse” of “bilaterale” vervaging wilt toepassen.
vervagingsstraal
Als het vervagen-algoritme is gekozen voor de momenteel geselecteerde vorm, kies je de straal van de vervaging.
masker dekking
Wijzig de dekking van het masker dat is gekoppeld aan de momenteel geselecteerde vorm. Een dekking van 1,0 geeft aan dat de vorm volledig ondoorzichtig is en dat het effect van de module volledig is toegepast, terwijl een waarde van minder dan 1,0 aangeeft dat het effect dat door de vorm wordt toegepast, wordt vermengd met de onderliggende afbeelding in de mate die wordt aangegeven door de schuifregelaar.

toon hulplijnen

Vink het vakje aan om hulpijn-overlays weer te geven wanneer de module is geactiveerd. Klik op het pictogram aan de rechterkant om de eigenschappen van de hulplijnen te beheren. Zie hulplijnen & overlays voor details.

pannen en zoomen afbeelding

Tijdens het creëren en bewerken van een vorm worden muis acties uitgevoerd op de huidige vorm. Wanneer je het deel van de afbeelding wil verplaatsen of zoomen in de midden weergave, houd dan de ‘a’ toets ingedrukt tijdens het slepen of scrollen met de muis wiel. Zolang deze toets is indrukt zal de muis actie uitgevoerd worden op de gehele afbeelding in plaats van alleen op de huidige vorm. Tijdens het indrukken van deze toetst zal ook tijdelijk het genereren van nieuwe vormen gestopt worden in de continue creëer mode.